Je loopt langs een slootkant en ziet de bladeren van de gele lis. Dat denk je tenminste, maar als je goed kijkt, zie je dat het blad aan één of beide randen gerimpeld of gegolfd is. Dan heb je te maken met kalmoes, een meerjarige waterplant die behoort tot de aronskelkfamilie en net als veel van zijn familieleden giftig is.
Naam
De geslachtsnaam Acorus is afgeleid van het Griekse coreon, dat ‘pupil’ (van het oog) betekent. De plant werd vroeger gebruikt om oogklachten te genezen. De soortnaam calamus is afgeleid van het Griekse woord calamos en betekent ‘riet’ of ‘Spaans riet’.
Andere namen voor Kalmoes zijn zwanebrood, ooievaarsbrood, zoete zegge en
maagwortel.
Geur
Kalmoes heeft heldergroene, smalle, zwaardvormige bladeren, die in stevige bundels uit een wortelstok groeien en bij beschadiging een zoete geur verspreiden. De kalmoes staat bekend om deze geur, die wordt veroorzaakt door een sterk doordringende etherische olie. Dit bestanddeel wordt verwerkt tot kalmoesolie (door destillatie gewonnen) of kalmoestinctuur (een aftreksel in alcohol) en in de volksgeneeskunst gebruikt voor massage bij reumatische klachten.
Kwetsbaar
Het is een vrij algemeen voorkomende plant die op zonnige plaatsen langs oevers van ondiep, voedselrijk zoet water groeit. Door de sterke geur wordt de plant door dieren gemeden en kan daardoor rustig doorgroeien. Kalmoes heeft weinig last van mest en afvalstoffen en is vaak te vinden in de buurt van de gele lis, grote egelskop, waterzuring en waterscheerling. Kalmoes bloeit in onze streken maar zelden. De bloei valt in juli en augustus, maar wordt vaak niet eens opgemerkt. Uit een groef , die zich in de 3-kantige, afgeplatte stengel bevindt, komt een kleine aarvormige bloem tevoorschijn die ook wel bloeikolf wordt genoemd en bezet is met talloze onaanzienlijke, piepkleine geelgroene bloemen. Bij de kalmoes ontbreekt, in tegenstelling tot andere leden van de aronskelkfamilie, het schutblad. In ons land komen de zaden niet tot rijping, de plant kan zich alleen vermenigvuldigen door uitlopers en afgebroken stukken van de wortelstok. De plant is dus kwetsbaar en in Nederland beschermd.
Zuiveren
Door Alexander de Grote werd hij ooit uit Voor-Indië naar Klein-Azië gebracht. In de 13 eeuw werd de plant door de Tartaren (ruitervolk uit Mongolië) in Oost- Europa ingevoerd om hun drinkwater te zuiveren. Niet zo vreemd, want kalmoes blijkt stoffen af te scheiden die water ontsmetten en de ontwikkeling van ziektekiemen als Salmonella verhinderen.
Daarom wordt kalmoes ook vaak gebruikt in zwemvijvers.
In die periode was kalmoes in Europa al bekend als geneesmiddel. Dat vermeldde
Albertus Magnus (ca. 1250). Het is heel goed mogelijk dat de kruisvaarders om
die reden gedroogde kalmoesplanten meenamen vanuit Indië naar het noorden.
Botanicus Carolus Clusius, die de plant in 1574 als rariteit in de botanische tuin van Wenen aanplantte, gaf de planten later aan collega-plantkundigen in België, Duitsland en Frankrijk. Dankzij botanicie, later monniken en kruidenverzamelaars, bereikte de plant aan het einde van de 18 eeuw ook andere delen vanEuropa.
Populair
In de middeleeuwen werd de plant toegepast als middel tegen de pest. Ook strooide men het gesnipperde blad als geurstof op vloeren van kerken (tegen de lijklucht) en in huizen. Wereldwijd was en is kalmoes nog populair. In Turkestan wordt de in hete as gebakken wortelstok bij hoest en zelfs bij TBC ingenomen. De Letten verdreven met het fijngehakte kruid de vlooien uit hun bed. De kruipende, ondergrondse wortelstok, die 1 tot 3 cm dik wordt en een lengte van 150 cm kan bereiken, bevat een bittere stof met antibiotische, eetlustbevorderende en maagzuiverende werking. Verder is kalmoes een algemeen aansterkend middel dat in verschillende culturen wordt geprezen. In India gebruikt men het voor verbetering van het geheugen, verjongingskuren en toename van seksuele potentie. Noord-Amerikaanse Indianen kauwen stukjes wortel voor mondhygiëne en om vermoeidheid tegen te gaan. Thee van kalmoeswortel gebruiken ze als tonicum. Kalmoes behoort evenals hennep, papaver, wolfskers en doornappel tot de hallucinerende planten.
Smaakmaker
In sommige landen wordt kalmoes gebruikt om bier of brandewijn een aromatisch – bittere smaak te geven (beerenburg). De gedroogde plant ruikt lekker en de geurige schijfjes kalmoes worden nog steeds verwerkt in de Deventerkoek.